vrijdag 28 augustus 2009

Mount Kinabalu en snorkelen in KK

Daags na het schitterende Gunung Mulu NP belandden we terug in Miri. Zoals reeds gezegd is daar niet veel te beleven. We hebben Steve van RMd onze duikfoto's bezorgd en we stonden voor een gesloten deur aan het zwembad. Een zeer rustige voorbereiding voor ons, letterlijk dan, hoogtepunt van de reis: de Mount Kinabalu. We hadden al vernomen dat deze berg een "ass-kicker" was, maar wat we nog niet wisten, is dat het in het nationaal park rond de berg iets na de middag alle dagen begint te regenen tot laat in de avond. Dat ondervonden we de dag van aankomst zelf. Maar eerst even iets eten. Dat viel wel hard tegen, toen bleek dat we 3 tot 4 keer meer moesten betalen dan we tot nog toe gewoon waren. We kregen daar voor de eerste keer het gevoel dat er werd geprofiteerd van de toeristen. Na etenstijd begon het te regenen. We dachten even te schuilen voor de bui, maar na 4 uur bereikten we pas onze hostel, met natte kleren. We waren dus verwittigd en vertrokken de volgende dag met de eersten richting Laban Rata. Het was echt wel een steile beklimming met treden en hoogteverschillen die ik nog op geen enkele andere beklimming heb gezien. Na een goeie 4 uur klimmen begon het lichtjes te regenen en een uur later kwamen we aan op Laban Rata, samen met onze lokale gids Quinten. Om het risico op hoogteziekte te beperken namen we ook daar goed onze rust met een paar spelletjes scrabble en op tijd het bed in, want onze wekker liep af om 1u45. Er was nog ontbijt voorzien om 2u en om 2u30 vertrokken we met onze zaklampen richting Low's Peak, de top van de Mount Kinabalu. Af en toe moesten we gebruik maken van touwen langs het steile wandelpad, maar in de donkerte wisten we eigenlijk niet goed wat we aan het doen waren. Na 3 uur wandelen bereikten we de top, net voor zonsopgang. Het zicht was adembenemend mooi (zie foto 1). Er was wel een ijskoude wind, die ons na een half uur terug richting Laban Rata stuurde.

De afdaling duurde ook 3 uur en toen zagen we pas hoe gevaarlijk de beklimming eigenlijk wel was. Onze ervaren gids bracht ons heelhuids terug naar de berghut voor ons tweede ontbijt. Daarna wachtte ons nog de rest van de afdaling. Zo vlot de beklimming ging, des te moeizamer was de afdaling. Het was een marteling voor de knieen. Voor de gidsen en de dragers (niet voor ons, maar voor materiaal voor de berghutten) was het kinderspel, maar zij hebben dan ook kuiten en dijbeenspieren dubbel zo dik dan Cavendish! In totaal hebben we 8 uur (waarvan het laatste in de regen) moeten afdalen om terug aan de hoofdgebouwen te geraken. We hebben afgezien (en nog steeds een beetje - stijve spieren), maar ik zou het zeker iedereen aanraden. Voor de extreme atleten onder jullie is er de Climbathon eind oktober, op en af de Mount Kinabalu zo snel je kan. Huidige besttijd: net onder de 2u 45min! We verdienden dus een dagje ontspanning en dat hebben we gedaan op het eilandje Mamutik, voor de kust van Kota Kinabalu. Een beetje strandjutten, maar vooral een uur of 3 snorkelen zorgden voor het losweken van onze geteisterde spieren. Op sommige plaatsen was het koraal wel beschadigd door de vele en onervaren bezoekers. Al bij al toch echt genoten van dit stukje natuur en de prachtige exotische vissen die ons gezelschap hielden (zie foto 2).

's Avonds lieten we onze voeten nog even verwennen met een uurtje voetreflexologie. Hadden we op voorhand geweten dat ze onze kuiten ook onder handen gingen nemen, hadden we het waarschijnlijk niet gedaan. Ach ja, dat beetje meer afzien kon er nog wel bij. Nadien nog over de gezellige avondmarkt gewandeld en een heerlijke verse gebakken vis gegeten. Vandaag zitten we al in Sepilok (nabij Sandakan) om morgen de Kinabatangan af te varen.

maandag 24 augustus 2009

Gunung Mulu National Park

Miss Lee van Dillenea Guesthouse wist ons te vertellen dat 40 minuten op voorhand op de luchthaven arriveren voldoende zou zijn om de vlucht met Maswings naar Mulu te halen. Voor ons leek dat toch wat kort, maar ze had onze taxi al geregeld en we konden geen argument aanhalen dat goed genoeg was om ons toch vroeger naar de luchthaven te laten voeren. "We do this every day... don't worry!" En ze had gelijk hoor. Van de taxi recht de vlieger op, en op Maswings kan je echt je klok gelijk zetten. Het schitterende zicht vanuit het vliegtuigje was veelbelovend (zie foto 1 - fotografe van dienst was Christel). Toegekomen aan de hoofdgebouwen werden we goed ontvangen en konden we onmiddellijk onze planning opstellen voor de rest van ons bezoek. We kregen een zeer mooie kamer in longhouse 2 om de nacht door te brengen. De eerste dag hebben we een wandeling gemaakt naar Paku Waterfalls. Tijdens de in totaal 4 uur durende wandeling konden we genieten van de fauna en flora in de jungle: veel insecten, kleurige vlinders (zie foto 2), spinnen, hagedissen,... vooral kleine dieren. 's Avonds tijdens de night shift werden we geconfronteerd met andere creaturen: gekko's, nog meer spinnen (zoals de tarantula), oorverdovende krekels, wandelende takken, boomkikkers,... Gelukkig begonnen we er niet van te dromen en hadden we een goeie nachtrust. De volgende dag gingen we al vroeg op pad voor een drukke dag met vooral een bezoek aan de wereldberoemde grotten. Als eerste gingen we langs de Moonmilk Walk voor de Winds Cave en de Clearwater Cave. Net voor aankomst kruiste een slang ons pad. De grotten zijn fantastisch mooi (zie foto 3) en de gidsen zijn daar echte kenners. Ze hebben voor elke formatie een wetenschappelijke uitleg en vertellen alles met het nodige enthousiasme en een vleugje humor. Vlak na de middag deden we eerst de Canopy Walk. Wandelbruggen op 20 meter hoogte met een totale lengte van 350 meter laten je eens een andere kant van het regenwoud zien. s' Namiddags stonden ons nog Langs Cave en Deer Cave te wachten. In deze grotten is ook een klein stukje te zien van de langste ondergrondse passage van een rivier in zuidoost Azie: 160 km! We hebben ook wat regen gehad die dag, maar dit gaf ons wel de gelegenheid om de douches van Adam en Eva in werking te zien. In Deer Cave huizen 12 verschillende soorten vleermuizen, goed voor een totale populatie van enkele miljoenen. Hier vindt regelmatig de Bat Exodus plaats. Het was ons echter niet gegund deze vliegende zoogdieren in actie te zien, maar het park is zeer de moeite waard, zeer goed onderhouden en de faciliteiten daar zijn buitengewoon goed. Een must do voor de natuurliefhebbers!

vrijdag 21 augustus 2009

Rode (neus-)apen in de jungle en het water

Het weer is hier nog steeds niet wat ze in Borneo voor een septembermaand gewoon zijn, maar voor ons was het meer dan voldoende om een tweede poging te wagen naar Bako NP. Daar aangekomen waren we blijkbaar niet de enige met dat idee. Samen een motorbootje gedeeld met een koppel uit Brugge dat voor 4 nachten in het park ging verblijven, omdat ze hun vorige verblijf van 1 nacht te kort vonden. We hadden dus hoge verwachtingen! We werden afgezet aan een strandje nabij het hoofdkantoor. Het eerste wat we tegenkwamen was de cafetaria. Een aantal mensen kochten daar wat drank en snoep. We werden onmiddellijk geconfronteerd met de plaatselijke bandieten. De apen rond de cafetaria hadden slechts enkele seconden nodig om een buit met chocoladesmaak te bemachtigen. Ik had het gelukkig zien aankomen en heb ons lunchpakket in veiligheid gebracht. Bako NP is een zeer uitgebreid park met een 15-tal wandelroutes. We moesten 1 van de kortere routes nemen. Voor de meeste routes werd gemiddeld meer dan 1 uur per kilometer gerekend! En inderdaad, het was echt lastig wandelen, klimmen en klauteren. Op ons verste punt aangekomen begon het plots te regenen. Gelukkig konden we daar schuilen en duurde de bui maar een half uurtje. Heel veel groene pracht gezien (zie foto 1), maar buiten enkele vogels, geen dieren. Dan maar terug naar de startplaats. We beslisten daar om toch nog enkele honderden meters van de route te doen waar normaal gezien de red nose monkey te spotten valt (eerste deel van de titel), maar helaas... terug naar de aanlegsteigers en wat zagen we daar? Jawel, een drietal zwierende apen. 2 prachtexemplaren en een jong. Daarvoor moet een mens dus terug naar zijn beginpunt gaan. In de mangrove ook nog vissen gezien en een varaan (volgens mij). Onze tijd was vrij beperkt, maar wel goed gespendeerd. Er wachtte ons nog de vlucht naar Miri.

's Avonds in Miri werden we heel gastvrij ontvangen door miss Lee. We voelen ons hier direkt thuis. Na ons opgefrist te hebben, hadden we een afspraak met Steve van de Red Monkey Divers (tweede deel van de titel). Ook hiervoor waren onze verwachtingen hoog gespannen en dan vooral die van Christel toen Steve vertelde over een rif waar hij ooit tussen een school barracudas heeft gedoken. Het weer gisterenavond veranderde van lichte regen naar gietende de regen in de loop van de nacht. We vreesden dat we vandaag niet het water in konden. Toen we wakker werden was de regen gestopt. We hadden geen telefoon gekregen van Steve. Onze duikafspraak ging dus door! In het haventje maakten we kennis met Marc, de bestuurder van Little Chilli, onze boot. Het rif waar Steve over had verteld was spijtig genoeg geen optie, omdat de zee te woelig was. 1 uur varen was volgens hem meer dan voldoende en hij had gelijk. Maar we kregen toch waar voor ons geld. De 2 riffen, Sunday Reef en Siwa Reef, die we hebben bezichtigd waren fantastisch mooi. Op Sunday Reef hebben we onder andere 3 bultkoppapegaaivissen gezien (zie foto 2). Voor de rest ongelooflijk veel en kleurig kleiner leven en prachtige exemplaren van koraal. Dit kon dus tellen voor mijn eerste 2 bootduiken, maar Christel was ook in de wolken van het onderwaterspektakel dat we hebben mogen bewonderen. Met dank aan sympathieke dive master Steve. Dit is zeker voor herhaling vatbaar, spijtig genoeg heeft de stad Miri zelf niet veel te bieden. Vandaar dat we de tijd kunnen nemen om zo snel terug een bericht te posten.
Morgenvroeg vertrekken we naar Gunung Mulu National Park...

woensdag 19 augustus 2009

Groetjes uit Kuching

Hoi iedereen,
momenteel zitten we nog goed op schema. Onze planning van vandaag is wel in het water gevallen, maar dat gaan we morgen rechtzetten. Maar eerst beginnen bij het begin. De vluchten naar Londen en Singapore zijn vlot verlopen. Alleen was het moeilijk voor ons om slaap te vatten tijdens de nachtvlucht en daar dragen we nog een beetje de gevolgen van. Slaap tekort en de jetlag zorgen voor wat extra vermoeidheid. Het heeft ons niet tegengehouden de stadstaat Singapore te voet te verkennen. Een grote stad met nog grotere plannen, wat inhoudt dat we regelmatig in de werkzaamheden terechtkwamen en dat de skyline is bezaaid met tientallen ruwbouwen. De rust in de stad verrastte ons. Weinig volk op straat. Pas vanaf 5-6 uur begon de drukte. Heel wat tempels zorgen voor afwisseling tussen de moderne gebouwen. De meest indrukwekkende was de Buddha Tooth Relic Temple (zie foto 1) .
Ook het formule 1 circuit is nog tastbaar aanwezig onder de vorm van de hoofdtribune en de straatverlichting. 's Avonds hadden we dan onze eerste Air Asia vlucht richting Kuching. Ook weer een meevaller, enkel de airport pick-up bleek ons niet te staan opwachten. Het was wel gemakkelijk om zelf een taxi te regelen naar onze verblijfplaats, de Singgahsana Lodge. Een zeer propere lodge met mooie kamers en een leuk ingerichte ontbijtplaats. Onze hoop vandaag jacht te kunnen maken op de proboscis aap werd deze nacht reeds weggespoeld door de regen die heeft aangehouden tot deze namiddag. De mensen hier waren gelukkig om na 4 weken droogte eindelijk wat regen te zien, wij daarentegen... . Bako National Park was vandaag geen optie en we hadden geen plan B. Onze zeer behulpzame teksi(maleisich voor taxi)-chauffeur mr. Gho heeft ons vandaag dan maar naar een crocodile farm, kampung Annah Rais en Semenggoh Wildlife Rehabilitation Centre gebracht. Het eerste is vergelijkbaar met een kleine zoo. De hoofdattraktie waren de jumping crocodiles. In kampung Annah Rais konden we kennismaken met de traditionele maleisische longhouses en in het Semenggoh Wildlife Rehabilitation Centre werden we, eerder dan verwacht, geconfronteerd met de orang-oetan. Net dat uur dat ze gevoederd werden, is het gestopt met regenen. We hadden dus geluk (in tegenstelling tot de mensen die eerder die dag waren geweest) en hebben maar liefst 7 exemplaren van vrij dichtbij kunnen bewonderen, waaronder 2 zeer jonge apen. Het is echt wel een schitterend projekt dat hopelijk nog vele apen kan redden en helpen (zie foto 2).
Rond 5 uur is het dan definitief gestopt met regenen en hebben we nog kunnen genieten van de omgeving rond onze slaapplaats en dan vooral van het terrasje aan the Waterfront van Kuching (zie foto 3).
Morgen ondernemen we een tweede poging voor Bako NP en morgenavond gaan we richting Miri.

zaterdag 1 augustus 2009

Borneo, kort geschetst

Borneo is het op 2 na grootste eiland ter wereld. Het grootste gedeelte is Indonesisch grondgebied. Het noordelijke gedeelte is vooral Maleisisch en daarin is de staat Brunei gelegen.

We bereizen enkel het Maleisisch gedeelte. De bekendste bewoner van het eiland is ongetwijfeld de orang-oetan. Maar ook de neusaap, de neushoornvogel (hornbill) en de rafflesia zijn blikvangers van de fauna en flora van het eiland. De Mount Kinabalu is met z’n 4095m de op één na hoogste berg van Zuidoost Azië. Gelegen op de evenaar heerst er een tropisch warm en vochtig klimaat. Gedurende het ganse jaar worden temperaturen van rond 27°C gemeten. De wateren rondom het eiland Sipadan maken deel uit van ’s werelds mooiste duikplaatsen.